Cookies help us deliver our services. By using our services, you agree to our use of cookies.

Wijzigingen

Ga naar: navigatie, zoeken

Typen letsels van het bewegingsapparaat

3.221 bytes verwijderd, 27 mrt 2011 00:57
rest
* Stuur het slachtoffer bij twijfel over de aanwezigheid van een fractuur naar een arts
* Stuur ieder slachtoffer met een spier of peescheuring altijd naar een arts
 
 
==rest==
 
Differentiatie tussen een
fractuur en distorsie is vaak moeilijk op basis van de symptomen. Het ongevalsmechanisme zegt veel
meer. De meest voorkomende distorsie is het zogenaamde inversietrauma van de enkel. Bij dit
inversietrauma klapt de voet naar binnen en worden de laterale banden overrekt. Eversietraumata
(hierbij klapt de enkel “naar buiten”) komen minder vaak voor omdat de enkelbanden aan de binnenkant
veel steviger zijn.
 
Fracturen zijn gekenmerkt door heel typische symptomen het spontaan optreden van pijn, drukpijn en
asdrukpijn. Asdrukpijn is te testen door het bot bij de uiteinden te pakken en deze vervolgens
voorzichtig naar elkaar toe te drukken. Deze test wordt alleen uitgevoerd als er twijfel bestaat over de
aanwezigheid van een fractuur en wanneer er geen (duidelijke) standsafwijking of verwonding zichtbaar
is. Uitwendig herkent men een fractuur vaak aan het feit dat de aangedane ledemaat een afwijkende
stand vertoont en gezwollen is door de bloeduitstorting. De zwelling bij een fractuur is vaak direct na het
ongeval aanwezig en is in tegenstelling tot bij een kneuzing relatief lokaal. Bij een heupfractuur is het
aangedane been vaak verkort ten opzichte van het gezonde been en ligt de voet naar buiten gedraaid.
Soms hoort men de botdelen tegen elkaar aanscheuren wanneer ze over elkaar bewegen, dit wordt
crepiteren genoemd. Het spreekt voor zich dat men dit niet hoort uit te proberen. Hoewel al deze
klachten typisch zijn, hoeven ze niet altijd op te treden. Sommige fracturen kunnen soms verraderlijk zijn
doordat ze weinig echte fractuursymptomen geven. Bij een heupkopfractuur kan de patiënt bijvoorbeeld
soms nog lopen. Ook sommige wervelfracturen kunnen weinig typische symptomen geven.
Complicaties die kunnen optreden bij fracturen:
 
 
Stabilisatie: de fractuur moet zo min mogelijk bewogen worden. Kleding moet men vooral
aanlaten en schoenen of laarzen werken juist heel goed als spalk. Slechts als de kleding sterk
verontreinigd is kan men voorzichtig proberen deze weg te knippen. Beenbreuken zijn het beste
te stabiliseren door een opgerolde deken (dekenrol, zie Blackboard) of jas ernaast te leggen.
Voor fracturen aan de armen kan men een mitella of brede das aanleggen.
In geval van een open fractuur moet men deze zo snel mogelijk afdekken. Reden hiervoor is het
infectiegevaar te verminderen. Dek het uitstekende bot af met steriel gaas en plak deze rondom
vast. Gebruik hiervoor eventueel een snelverband, waarbij de zwachtels zijn afgeknipt. Zorg bij
het afdekken dat je het lichaamsdeel zo min mogelijk beweegt om schade als gevolg van
scherpe botfragmenten te voorkomen. Gebruik daarom liever geen zwachtels als je ziet dat je
hiervoor het lichaamsdeel veel moet bewegen
Blijf de circulatie controleren in verband met de mogelijkheid op shock
Spoedindicaties: als men bij een fractuur ziet dat de aangedane extremiteit bleek en koud aan het
worden is, dan is er zeer waarschijnlijk sprake van een doorbloedingsstoornis. In geval van tintelingen,
dof gevoel of sensibiliteitsverlies kan er sprake zijn van een beknelde zenuw. Beide gevallen vereisen zo
snel mogelijk professionele hulp.
Zie ook Bijlage 1 voor meer informatie over botletsels.

Navigatiemenu