Elektriciteitsletsel

Uit Eerste Hulp Wiki
Versie door Jandg (Overleg | bijdragen) op 25 mrt 2011 om 19:27 (Inleiding)

Ga naar: navigatie, zoeken
Niveau: Beginner

Inleiding

Elektriciteitletsels komen met enige regelmaat voor en stellen de hulpverlener voor een dillemma, immers is bij elektriciteitsletsel een gevaar voor de hulpverlener en zal hij de afweging moeten maken of hijzelf dat gevaar kan wegnemen. Elektriciteitletsels komen vaak thuis voor, als gevolg van defecte apparatuur of tijdens het klussen. Ook contact met bovenleidingen van trein of tram kunnen ernstige verwondingen veroorzaken. Blikseminslag is niet zeldzaam, maar komt relatief weinig voor.

De schade die de stroom in het lichaam aanricht is van een aantal factoren afhankelijk, onder andere:

  • De stroomsterkte en de spanning
  • Gelijkstroom of wisselstroom en de frequentie daarvan
  • De duur van het contact
  • Het geslacht en het gewicht
  • De leeftijd en conditie van het slachtoffer
  • De weg die de stroom door het lichaam aflegt
  • huidvochtigheid

Het eerste contact met de stroom is meestal via de huid, bijvoorbeeld door het vastpakken van een stroomdraad. Op de plaats van het eerste contact bepaalt de toestand van de huid de hoeveelheid stroom die het lichaam in gaat. Een droge huid zal een grotere weerstand opleveren dan een vochtige huid, waarbij de weerstand lager is en de stroom gemakkelijker het lichaam kan binnendringen. Ook het type stroom speelt een belangrijke rol in de schade die ontstaat: gelijkstroom geeft minder schade dan wisselstroom. Een grotere stroomsterkte geeft meer schade dan lage voltages. De stroom gaat op het punt van contact met de stroombron het lichaam in en zal het lichaam via de weg van de minste weerstand weer verlaten de grond in. Omdat een van beide aansluitingen van een normaal electriciteitsnet aan aarde ligt zal aanraken van deze aansluiting geen gevolgen hebben, de andere aansluiting des te meer. In laboratoria, enz. komen "zwevende spanningen" voor waarbij geen van beide aansluitingen aan aarde ligt. Hierbij kan alleen gevaar optreden als beide aansluitingen gelijktijdig worden aangeraakt. In moderne huisinstallaties is volgens voorschrift (NEN1010) altijd tenminste een aadlekschakelaar opgenomen, deze schakelt automatisch de electriciteit uit wanneer de de stroom door het lichaam naar aarde meer dan 30mA bedraagt. Tijdens de tweede wereldoorlog is via onmenselijke proeven bepaald wat een veilige waarde voor deze stroom door het lichaam is en deze gegevens worden nog steeds gebruikt.

Symptomen en klachten

De weg die de stroom door het lichaam aflegt bepaalt in belangrijke mate de ernst en locatie van de letsels. Contact met een stroombron zorgt in de eerste plaats voor warmteontwikkeling op de plaats van contact én op de plaats waar de stroom het lichaam weer verlaat. Op deze plaatsen zullen brandwonden ontstaan. Diverse organen zijn gevoelig voor stroom en kunnen bij blootstelling aan stroom ontregelt raken.
Het hart is gevoelig voor stroom en kan na blootstelling in ventrikelfibrilleren raken, waarbij reanimatie noodzakelijk is. Bij hoge voltages (>1000 volt) zullen de hersenen dusdanig beschadigd raken dat er een ademstilstand optreedt, waarna onvermijdelijk ook een hartstilstand zal optreden. Ook spieren zullen reageren op de stroom. Spieren trekken hierdoor krachtig samen. Dit kan tot gevolg hebben dat er niet alleen schade aan de spieren en pezen ontstaat, maar dat zelfs botten breken. Indien de stroombron niet automatisch wordt onderbroken, kan het zijn dat door deze samentrekking het slachtoffer de stroombron niet meer los kan laten.


Beschrijf duidelijk welke vragen een hulpverlener moet stellen, en welke vragen belangrijke informatie kunnen opleveren over de aard van het ziektebeeld.

Na de symptomen en klachten beschreven te hebben, worden deze overzichtelijk in een tabel geplaatst, zodat ze in één oogopslag overzien kunnen worden.

Uitvragen Klachten Symptomen
Vraag 1
Vraag 2
Vraag 3
Klacht 1
Klacht 2
Klacht 3
Symptoom 1
Symptoom 2
Symptoom 3
Symptoom 4
Symptoom 5


Handelen

Eerste en belangrijkste stap is het veiligstellen van de veilgheid van de hulpverlener. Indien de situatie niet veilig is en het niet mogelijk is de stroombron te onderbreken, dan zal de hulpverlener moeten wachten totdat de brandweer de stroom heeft uitgeschakeld. Indien het slachtoffer nog met de stroombron in contact staat, hij heeft bijvoorbeeld een boormachine nog in zijn hand, dan kan getracht worden de boormachine uit de hand van het slachtoffer te halen. Hiervoor is goed isolatie van de hulpverlener essentieel. Hij gaat op een rubberen mat staan, trekt handschoenen aan en pakt een niet metalen voorwerp, zoals een houten bezemsteel, om het voorwerp voorzichtig uit de handen te grekken.

In ieder electriciteitsletsel moeten professionele hulpdiensten gewaarschuwd worden. Immers, de schade in het lichaam is niet aan de buitenzijde te zien en er kunnen na het ongeval nog steeds stoornissen optreden. Soms is reanimatie noodzakelijk.

Brandwonden worden behandeld door middel van koelen en steriel afdekken. Let op: er is altijd een ingangswond en een uitgangswond! Zoek hiernaar!

In het geval van hoogspanning gaat de veiligheid van de hulpverlener voor en wacht de hulpverlener met de benadering tot hij zeker is dat de stroom is uitgeschakeld. Houd veilige afstand, tenminste 10 meter. Stroom kan zich bij hoogspanning ook door de lucht verplaatsen.

In deze sectie wordt beschreven hoe te handelen bij het beschreven letsel of ziektebeeld. Ook hierbij eerst een tekst in verhalende vorm, waarbij eventueel wat achtergrondinformatie gegeven wordt. Daarna volgt wederom een schematisch overzicht van de behandeling.

  • Stap één van de behandeling
  • Stap twee van de behandeling
  • Stap drie van de behandeling
    • Indien dit, dan dat
    • Als dat, dan dit
  • Stap vier van de behandeling

Zijn er dingen die echt niet vergeten moeten worden of essentieel zijn? Dan kunnen ze nogmaals extra in een kader benoemd worden:

Essentieel, vergeet niet:
Eigen veiligheid is bij elektriciteitletsels essentieel!

Overzicht Eerste Hulp

Sommige thema's zijn erg uitgebreid en er kan veel verteld worden. Om het overzicht te bewaren voor beginnende én gevorderde Eerste Hulpverleners wordt een samenvatting van ieder onderwerp in onderstaand schema gezet:

Koptekst Ziektebeeld 1 Ziektebeeld 2
Situatie Wat is er aan de hand? Hoe is de situatie?
Verschijnselen Klacht 1
Klacht 2
Symptoom 1
Symptoom 2
Symptoom 1
Symptoom 2
Symptoom 3
Conclusie Ziektebeeld 1 Ziektebeeld 2
Handelen Aanwijzing 1
Aanwijzing 2
Bel 112!
Aanwijzing 4
Aanwijzing 1
Aanwijzing 2
Bel 112!
Aanwijzing 4
Opmerkingen Denk er aan om... Doe vooral niet...

Zoals in bovenstaand voorbeeld worden twee (of meerdere) ziektebeelden besproken. Soms is dat handig omdat ziektebeelden op elkaar lijken en het fijn is om in één schema de verschillen te zien.

Achtergrondinformatie/Verdieping

Sommige onderwerpen lenen zich voor verdieping voor gevorderde hulpverleners. Hier kan achtergrond informatie besproken worden, maar bijvoorbeeld ook:

Professionele hulpverleners

Wat doen professionele hulpverleners bij dit letsel. Let op, beschrijf hier alleen wat de mogelijkheden zijn. Diepgaande uitleg van (voorbehouden) handelingen wordt niet op prijs gesteld.

Wat zijn andere technieken

Beschrijf bijvoorbeeld welke andere technieken er mogelijk zijn, of vroeger gebruikt werden.