Uitvoering van de ABCDE methode: verschil tussen versies

Uit Eerste Hulp Wiki
Ga naar: navigatie, zoeken
(geen verschil)

Versie van 31 aug 2011 om 10:16

Auteur: Pim / Supervisor: Pim / Co-auteur: {{{coauthor}}} / Niveau: Gevorderd / Paginastatus: Onbewerkt. Laatste bewerking: Pim. Zie ook Handleiding.

Eerste Hulp Wiki zoekt schrijvers! Schrijf jij ook mee?

Deze pagina beschrijft de uitvoering van het ABCDE protocol. Om deze pagina goed te kunnen gebruiken, lees eerst de andere pagina's over het protocol, te beginnen bij de ABCDE:Inleiding. Tevens is het nuttig om de pagina over de vitale functies te lezen. Deze pagina is slechts een richtlijn en is geen vervanging voor het volgen van een (basis) Eerste Hulp opleiding met herhalings- en verdiepingslessen.

Danger

  • Let op gevaar
  • Observeer de ongevalssituatie en kijk naar:
    • Instortingsgevaar
    • Brand- of explosiegevaar
    • Aanwezigheid van giftige gassen
    • Onveilige verkeerssituatie
  • Ga kortstondig het ongevalsmechanisme na door observatie van de situatie en door het stellen van vragen aan het slachtoffer en omstanders

Response

  • Observeer de reactie van het slachtoffer bij de benadering
  • Spreek het slachtoffer luid en duidelijk aan
    • Stel je voor aan het slachtoffer en vraag naar zijn naam
    • Vraag kortstondig uit wat er gebeurd is en wat zijn klachten zijn
  • Bij geen reactie: schud voorzichtig aan beide schouders
  • Scoor de beste reactie doormiddel van AVPU

Shout for help

  • Vraag een omstander of collega om bij je te blijven

Airway and C-Spine

Onderzoek

  • Controleer of er een vrije luchtweg is en kijk naar tekenen van een luchtwegbelemmering:
    • Voel of er een luchtstroom is bij mond of neus
    • Luister naar bijgeluiden bij de ademhaling
    • Kijk of er bloed, braaksel of andere vreemde voorwerpen in de mondkeelholte aanwezig zijn.
    • Kijk of er letsels van het aangezicht zijn die de luchtweg kunnen bedreigen
  • Vraag het slachtoffer of hij iets in de mond heeft
  • Kijk of de luchtpijp (trachea) in het midden staat en of het strottenhoofd (larynx) er normaal uitziet
  • Vraag of het slachtoffer pijn in nek of rug heeft en of er andere aanwijzingen zijn voor wervelletsel
  • Ga na of het ongevalsmechanisme aanleiding kan geven tot wervelletsel

Alarmsymptomen van de Airway

  • Afwezigheid van ademhaling of onvermogen te spreken of hoesten
  • Gierende ademhaling
  • Blauwe, rode of paarse verkleuring van de huid (cyanose)
  • Zig-zag bewegingen bij de ademhaling
  • Gebruik van hulpademhalingsspieren
  • Letsels van het aangezicht
  • Bloed, braaksel of andere vreemde voorwerpen in mond/keelholte

Alarmsymptomen van de C-Spine

Handelingen

  • Indien er geen vrije luchtweg is, maak de luchtweg vrij door middel van:
    • Verwijder losse voorwerpen uit de mond of vraag het slachtoffer deze uit de mond te halen
    • Verwijder knellende kleding rond de hals en borstkas
  • Indien het slachtoffer bewusteloos is, maak de luchtweg vrij doormiddel van de:
  • Indien er sprake is van een volledige luchtwegbelemmering:
    • Geef 5 slagen tussen de schouderbladen, gevolgd door 5 maal de Heimlich manoeuvre
  • Indien er een verdenking is op mogelijk wervelletsel:
    • Instrueer slachtoffer niet te bewegen en het hoofd stil te houden. Vraag hem geen 'Ja' of 'Nee' te knikken.
    • Immobiliseer het hoofd en de nek door middel van manuele fixatie of de handgreep van Zach.

Opmerkingen

Een pratend slachtoffer heeft in principe een vrije luchtweg. Een bewusteloos slachtoffer heeft in principe een bedreigde luchtweg door verslapping van de tongspieren. Aangezichtletsels en allergische reacties kunnen een ernstige bedreiging vormen voor de luchtweg.

Breathing

Onderzoek

  • Beoordeel de ademfrequentie: normaal tussen 12 en 20 keer per minuut
  • Beoordeel de diepte van ademhalingen: een oppervlakkige ademhaling kan passen bij een pijnlijke buik (abdomen) of borstkas (gebroken of gekneusde ribben), of ernstige hersenschade.
  • Kijk naar de kleur van het slachtoffer: een blauwe verkleuring van lippen en gelaat (cyanose) wijst op een zuurstoftekort door een insufficiënte ademhaling.
  • Beoordeel de symmetrie van de borstkas door de kijken en te voelen: komen beide thoraxhelften goed en gelijkmatig omhoog? Het achterblijven van een thoraxhelft kan op ribfracturen of een pneumothorax wijzen.
  • Beoordeel de positie van de luchtpijp (trachea): staat deze netjes in het midden van de keel? Deze hoort midline te staan, dus in het midden. Een verschoven trachea wijst op een spanningspneumothorax.
  • Vraag het slachtoffer of hij benauwd of kortademig is.

Alarmsymptomen

Handelingen

  • Indien het slachtoffer acuut benauwd en aanspreekbaar is:
    • Verwijder knellende kleding rond de hals en borstkas
    • Laat hem in een halfzittende houding recht op zitten
    • Indien opgeleid om zuurstof te geven: geef zuurstof
  • Indien er geen ademhaling aanwezig is:
    • Controleer of de luchtweg goed vrijgemaakt is met de chinlift
    • Waarschuw 112
    • Start reanimatie

Circulation

Onderzoek

  • Kijk naar ernstige uitwendige bloedingen
  • Beoordeel de hartfrequentie: deze hoort tussen de 60-80 slagen per minuut te liggen, een hartfrequentie van <50/min of >100/min is afwijkend.
  • Beoordeel de regelmaat (hartritme): het hartritme hoort regelmatig te zijn. Een plotselinge pauze tussen de hartslagen, extra slagen of een volledig irregulair (onregelmatig) ritme is afwijkend.
  • Beoordeel de vulling/kracht: een zwakke, snelle pols is een belangrijke waarschuwing voor een te lage bloeddruk (hypotensie) en shock.
  • Beoordeel de kleur van de huid: een bleke kleur in het gelaat en van de slijmvliezen is een uiting van shock. Kijk of het slachtoffer zweet of een klamme huid heeft.
  • Beoordeel de capillary refill: deze moet binnen 2 seconden weer geheel terug zijn.
  • Vraag het slachtoffer of hij pijn op de borst heeft en of hij bekend is met ziekten van het hart.

Alarmsymptomen

  • Een hartfrequentie boven de 120 of onder de 60 (hoewel sommige gezonde mensen een rustfrequentie van 50 kunnen hebben)
  • Ernstig bloedverlies
  • Tekenen van shock
  • Vertraagde capillary refill
  • Afwezigheid van een pols of bloeddruk
  • Pijn op de borst, met of zonder uitstraling

Handelingen

Disability

Onderzoek

Alarmsymptomen

  • Afwezig of dalend bewustzijn
  • Verschil in pupilgrootte (anisocorie)
  • Hoofdpijn, misselijkheid en/of braken
  • Uitval van gevoel of motoriek
  • Tekenen van een (dreigende) dwarslaesie
  • Langdurige amnesie
  • Afwijkende BeFAST

Handelen

  • Indien er een verdenking is op mogelijk wervelletsel:
    • Instrueer slachtoffer niet te bewegen en het hoofd stil te houden. Vraag hem geen 'Ja' of 'Nee' te knikken.
    • Immobiliseer het hoofd en de nek door middel van manuele fixatie of de handgreep van Zach.
    • Voer bij een bewusteloos slachtoffer voorzichtig de kinlift uit zonder het hoofd te kantelen. Houdt het hoofd gefixeerd.

Exposure

Onderzoek

Secondary survey

In de secondary survey wordt het slachtoffer verder onderzocht op verwondingen. Zie ook top-teen onderzoek.