Inleiding
Epilepsie, in de volksmond ook wel de 'vallende ziekte' genoemd is een aandoening die relatief veel voorkomt en erg bekend is onder de bevolking. Epilepsie treedt op in aanvallen, die ook wel insulten of convulsies worden genoemd. Epilepsie kenmerkt zich door plotseling optredende aanvallen, meestal met bewustzijnsverlies, waarbij het slachtoffer verstrakt, trekkingen krijgt, en vervolgens enige tijd buiten bewustzijn is. Ook zijn er kleine aanvallen waarbij het bewustzijn intact kan blijven en een repeterende beweging gemaakt wordt. Er zijn zeer veel verschillende soorten epilepsie.
Epilepsie is een tijdelijke stoornis in de hersenen, waarbij hersencellen plotseling tegelijkertijd gaan ontladen. Een
Indien slechts één gebied is aangedaan spreekt men van een partiële (gedeeltelijke) aanval, de symptomen zullen dan ook gerelateerd zijn aan het gebied waar de aanval zich afspeelt. Het bewustzijn blijft bij een partiële aanval meestal intact. Indien de hele hersenen betrokken zijn bij de aanval is het bewustzijn altijd gestoord en spreekt men van een gegeneraliseerde aanval.
Klachten en Symptomen
Epilepsie kent veel verschillende uitingsvormen. Sommige, zoals de gegeneraliseerde aanval, zijn overduidelijk en kunnen bijna niet als epilepsie gemist worden. Een aantal vormen zijn echter veel subtieler en niet altijd direct te herkennen. De plaats in de hersenen waar de aanval zich afspeelt is sterk bepalend voor de verschijnselen. Bewustzijnsverlies is een kenmerkende eigenschap voor de gegeneraliseerde aanval. Bij een partiele aanval, waarbij een deel van de hersenen meedoet is het bewustzijn vaak intact. Een uitzondering hierop is de complex-partiele aanval, waarbij het bewustzijn meestal gestoord is. Soms kan een aanval partieel beginnen en later generaliseren.
Een gegeneraliseerde aanval kenmerkt zich symmetrische samentrekking van de spieren, wat er uit ziet als schokken. Dit wordt een tonisch-clonisch insult genoemd. Dit begint acuut met een verkramping van armen en benen, snel
gevolgd door heftige, meestal symmetrische, regelmatige spierschokken. De aanval begint vaak met een gil door de plotselinge samentrekking van de spieren en soms bijt het slachtoffer hierbij op zijn wang of tong. Dit kan
bloederig schuim rond de mond geven. Soms treedt tijdens een aanval urineverlies op. Het slachtoffer is tijdens de aanval bewusteloos en niet te wekken. De meeste aanvallen stoppen binnen twee à drie minuten. Een epileptisch insult is lichamelijk erg zwaar en als de aanval afgelopen is zal het slachtoffer nog enige tijd (maximaal 15 minuten) bewusteloos zijn. Als hij wakker wordt is hij doorgaans erg vermoeid. Het slachtoffer kan na een aanval nog enige tijd verward zijn.
Sommige aanvallen duren langer dan een paar minuten of blijft het slachtoffer langer dan 15 minuten bewusteloos en worden dan een 'status epilepticus' genoemd. Tijdens een aanval stopt vaak de ademhaling en kan iemand blauw aanlopen. Dit leidt tot een tekort aan zuurstof en bij een lang durende aanval kan dit tot ernstige stoornissen in de vitale functies leiden. Dit is een levensbedreigende situatie waarvoor professionele hulp moet worden ingeschakeld.
Behandeling
Een eenmaal begonnen aanval is zonder medicatie niet door buitenstaanders te stoppen. Zorg er daarom voor dat de bestaande situatie niet verergert. Dit kan door het voorkomen van verwondingen door het verwijderen van voorwerpen waartegen men zich kan stoten. Er wordt gezorgd voor een veilige omgeving. Het heeft hierbij geen zin de slaande bewegingen tegen te gaan. Ook mag men niet proberen een tongbeet tegen te gaan door iets tussen de tanden te steken. Dit geeft risico op schade aan het gebit en tevens is de tongbeet vaak al aanwezig in een vroeg stadium. Daarbij geeft het een groot risico op verwonding van de hulpverlener! Indien mogelijk kunnen tijdens de aanval de vitale functies worden gecontroleerd, maar vaak moet gewacht worden tot na het insult. Bij bewusteloosheid na de aanval wordt het slachtoffer benaderd met het protocol bij een bewusteloos slachtoffer en kan men het slachtoffer vervolgens in de stabiele zijligging leggen (niet bij traumapatiënten). Vraag altijd aan familie of kennis of het slachtoffer bekend is met epilepsie. Indien dit het geval is, is het doorgaans (behalve in geval van status epilepticus) niet nodig om professionele hulp in te schakelen. Het is belangrijk de duur van de aanval te registreren. Stopt de aanval niet na 5 à 10 minuten of volgen meerdere aanvallen op elkaar, dan moet het slachtoffer naar het ziekenhuis of moet 112 gebeld worden. Observeer het verloop van de aanval nauwkeurig, zodat deze beschreven kan worden aan de hulpverlening. Iemand die voor het eerst een epileptisch insult heeft dient altijd door een arts gezien te worden, om na te gaan of er sprake is van andere pathologie zoals intoxicaties, inwendige ziekten of intracerebrale tumoren. Differentiaaldiagnose Stuiptrekkingen kunnen ook voorkomen bij een hartstilstand. Het is daarom van belang om de vitale functies goed te controleren. Soms worden ook enkele trekkingen gezien bij een syncope, deze duren echter slechts enkele seconden en zijn meestal niet symmetrisch. Daarbij is er bij een syncope geen sprake van langdurige postictale verwardheid en is het slachtoffer na het bijkomen snel goed aanspreekbaar.